Autisme werd voor het eerst beschreven in 1943 door Leo Kanner en een jaar later beschreef Hans Asperger het naar hem vernoemde syndroom. Dit houdt in dat oudere volwassenen en ouderen (60+) zijn opgegroeid in een tijd waarin een dergelijke diagnose niet of nauwelijks gesteld werd. Tot op heden is er weinig bekend over autisme bij ouderen.
Op dit moment weten we nog niet precies hoe het verouderingsproces bij mensen met ASS zich verhoudt tot het ‘gewone’ verouderingsproces. Veel ouderen zijn opgegroeid in een tijd waarin het leven uit meer vaste patronen bestond. Zo werd structuur geboden vanuit familie, school en werk.
Daardoor hebben mensen met ASS geleerd door de jaren heen te compenseren voor hun (functionele) beperkingen, wat zij ook toepassen bij het ouder worden. Echter, naarmate ze ouder worden blijkt vaak dat deze compensatiemechanismen door veranderende omstandigheden (b.v. afname van hersencellen door het normale verouderingsproces, andere aandoeningen, verhuizing, verlies van partner, enz.) minder goed werken. Een deel van de ouderen met ASS komt pas op latere leeftijd in aanraking met de (geestelijke) gezondheidszorg.
De redenen van de verwijzing zijn vaak verandering in het gedrag, verdenking op dementie, stemmingsproblemen /depressie of een angststoornis. Daarbij wordt de diagnose Autismespectrumstoornis bij ouderen vaak gemist en soms zelfs een onterechte diagnose dementie gegeven.
Onze gastspreker is mw. drs. Frédérique Geven, GZ psycholoog/ cognitief gedragstherapeut VGCt en Algemeen directeur van SENEVITA GGZ. Zij zal in deze lezing met u gaan kijken naar enerzijds de kenmerken van autisme en hoe dit eruit ziet bij ouderen en anderzijds wat het verschil is met dementie en hoe dit kan worden onderscheiden.
Kosten: 5 euro voor niet-leden (NVA-leden gratis)
Indien u op deze avond een lidmaatschap aangaat voor 5,- per maand dan ontvangt u het inschrijfgeld van deze avond meteen terug.
Aanmelden kan tot 24 april 12.00 uur via deze website